Nieuwe Richtlijn ‘Omgaan met medische gegevens’

By 20 mei 2021april 15th, 2022Columns

Privacy en geheimhouding van medische gegevens zijn een ‘hot issue’. Patiënten worden zich steeds bewuster van de risico’s en ook de wetgeving wijzigt in rap tempo (AVG, WGBO, Wabvpz). Soms voelt de regelgeving daarbij bureaucratisch, en is het overzicht ver te zoeken. In dat licht is het niet zo gek dat de KNMG wederom de Richtlijn ‘Omgaan met medische gegevens’ heeft geactualiseerd. In deze column licht ik er vijf wijzigingen uit.

  1. Beeldbellen

De kern is: gebruik voor beeldbellen zo veilig mogelijke software. Dit is bij voorkeur een toepassing die speciaal voor de zorg is ontwikkeld, en gecertificeerd is. Skype en WhatsApp voldoen bijvoorbeeld niet. Gebruik je die toch, informeer de patiënt dan over de risico’s en laat hem/haar er actief mee instemmen. Instemming is echter geen vrijbrief, gebruik dus alleen dit soort onveilige software als het écht niet anders kan.

  1. Omvang en duur van het beroepsgeheim

Het beroepsgeheim is heel breed, en soms breder dan artsen zich realiseren. De nieuwe richtlijn bevat (waarschijnlijk om die reden) nu ook een lijstje voorbeelden. Hier daarom als reminder: onder je beroepsgeheim valt ook het feit dát iemand onder behandeling is, informatie over je patiënt die je van derden toevertrouwt krijgt, informatie die je buiten de patiënt om te weten bent gekomen, en
niet-medische informatie, zoals de gezinssituatie.

  1. Therapeutische exceptie

De wet kende al de uitzondering van de ‘therapeutische exceptie’, nu staat hij ook in de richtlijn beschreven. Kort gezegd: als het informeren van de patiënt die patiënt kennelijk ernstig nadeel oplevert, mag een arts in plaats daarvan de familie informeren. Als voorbeeld geeft de richtlijn het geven van een ongunstige prognose aan een patiënt in een labiele psychische toestand. Raadpleeg voor je deze uitzondering gebruikt wel altijd eerst een collega, en maak daar een (inhoudelijke) aantekening van.

  1. Kenbaarheid en informatieplicht bij de veronderstelde toestemming

Soms mag de arts de toestemming van de patiënt voor het verstrekken van informatie aan derden veronderstellen. Een voorbeeld hiervan is het opstellen en verzenden van een verwijsbrief. In dat geval deel je immers medische informatie met een (nog) niet-behandelaar, maar op een wijze dat de patiënt dat zeer waarschijnlijk prima vindt. Nieuw is dat de patiënt hier in het algemeen vooraf op moet zijn gewezen, bijvoorbeeld via een privacystatement op de website, of een patiëntenfolder.

  1. Het recht op dataportabiliteit van gegevens

Uit de AVG volgt een recht op ‘dataportabiliteit’. Een patiënt kan op die grond de arts verzoeken zijn/haar persoonsgegevens over te dragen aan een andere (zorg)aanbieder. Dit AVG-recht geldt alleen voor informatie die hij/zij zelf aan je verstrekt heeft. Voor veel informatie is dat logisch, en gaat die informatie vaak met het medisch dossier mee. Denk er echter aan dat het recht op dataportabiliteit ook geldt voor indirecte verstrekkingen. Ook informatie uit bijvoorbeeld een pacemaker of bloeddrukmeter moet daarom op verzoek worden overgedragen.

Samenvattend blijft de richtlijn ten opzichte van de 2020-versie in grote lijnen ongewijzigd; In ieder geval voor de algemenere vraagstukken die in de dagelijkse praktijk spelen.

Feit blijft echter dat van artsen en zorgverleners verwacht wordt de KNMG-richtlijnen te kennen, ook de meer onalledaagse aspecten ervan. Ik hoop door het samenvatten van deze vijf belangrijkste wijzigingen daar een beetje bij te hebben kunnen helpen.

De nieuwe 2021-versie van de richtlijn is hier op de website van de KNMG te vinden.

Column door: Mr. A.J.F. (Anne) Vokurka-Viruly is advocaat gezondheidsrecht bij ScheerSanders advocaten en een van de huisadvocaten van ZBVO.

Wil je op de hoogte gehouden worden als er een nieuwe column uit komt? Schrijf je dan in voor de ZBVO nieuwsbrief!